Hoe groot moet je zijn om een vloedgolf aan reacties los te maken. De oorzaak van de bruisende discussie op Linkedin op de vraag hoe schilders zich kunnen verweren tegen blaasjes in de natte verf is niet veel groter dan een speldenprik. In modern schildersjargon: een pinhole.
Op de een of andere manier schijnen dagelijkse problemen pas serieus worden genomen als ze een mooie titel hebben. Ook schilders ontkomen er niet aan om dat te vergezellen met een Engelstalige benaming. Let it be.
Wat opvalt is dat een oud schildersprobleem ineens veel gespreksstof losmaakt. Het aardige is dat de vakbroeders onder ons van elkaar willen weten welke tips zij in huis hebben hoe met blaasjes om te gaan. Het medium Linkedin levert een stroom van, ogenschijnlijk, los aan elkaar hangende informatie op. Dat lijkt op het eerste gezicht jammer maar als je even doorprikt, stuit je op stortvloed van gerelateerde vakkennis. Maar die vind je niet op Linkedin.
Eén van de tips om blaasjes te voorkomen kwam van Frank van Densen. Geen onbekende in de schilderswereld. Tegenwoordig importeur van o.a. Owatrol.
Frank beweerde tijdens de discussie dat Owatrol een goede oplossing heeft tegen blaasjes. Ik ken Owatrol goed en Frank niet dus ik reageerde schamper op Linkedin dat ik die eigenschap van Owatrol niet onderschrijf. Dat was de speldenprik. Frank mailt mij persoonlijk. De afspraak wordt gemaakt. En vanavond zitten we samen genoeglijk aan de koffie.
Frank is een rasverkoper en voor dat ik het weet wordt ik bedolven onder een lawine van feiten. Met zachte dwang dirigeer ik ons gesprek een aantal keer tot de kern: wat doet Owatrol om blaasjes te voorkomen?
Het antwoord is eigenlijk eenvoudig. Owatrololie werkt alleen op nieuw of ‘open’ geschuurd hout. En dan met name het beruchte Merantihout. De olie (de vergelijking met elk ander traag stroperig smeermiddel gaat volledig mank) verzadigt de houtnerf en sluit de openingen van het hout af.
Nadeel is dat wij schilders niet altijd, zeg maar bijna nooit, de praktische mogelijkheid hebben om alle kozijnen kaal te maken. Laat staan dat we de financiële middelen hebben om een volledig nieuw verfsysteem aan te brengen. Dat is dan meteen een van de weinige beperkingen van Owatrol.
Het leerzame van de discussie op Linkedin is dat er collega’s zijn die met tips komen die in andere voorkomende gevallen kunnen helpen. Epoxy-primers, vullende grondverven, poriënvullers.
Wanneer we afstapen van het idee dat fabrikanten met een one-size-fits-all product op de markt moeten komen en we gaan weer terug naar de aloude overlevering van vakkennis, dan lijkt er voor elk probleem een middel voor handen.
Met dank aan de materiaalkennis van onze vakbroeders.