Ga naar hoofdinhoud

Vakveteraan is goud waard bij onderhoud Slot Zuylen


Slot Zuylen krijgt deze winter een grote opknapbeurt. Stijlaart tekent voor het schilderwerk. Met onder anderen een veteraan die het vak maar niet kan missen. En als lichtend voorbeeld geldt voor jongeren.

Door de witte doeken kunnen de schilders onder nagenoeg alle omstandigheden doorwerken aan Slot Zuylen. (Foto's: Léon Krom, Van Zoelen en René Vorderman)

‘Jan, heb je je warme onderbroek aan?’ René Stijlaart stelt de vraag quasi-grappend, al zit er wel degelijk een serieuzere ondertoon in. Want de ondernemer uit Utrecht is zuinig op zijn oudste schilder. Deze Jan Gerards (78) uit Maarssen mag allang met pensioen, maar kan het vak naar eigen zeggen ‘voor geen meter missen’. Ook wanneer het hagelt en waterkoud is, zoals een van de werkdagen deze winter bij Slot Zuylen. De buitenschil van dit laatmiddeleeuwse kasteel wordt volledig in de verf gezet.

Een typische voorjaars- of zomerklus, zou je denken. Toch gebeurt het in de donkere maanden. Dat heeft te maken met subsidiepotjes en wanneer deze opgemaakt moeten worden. ‘Daarom was het noodzaak om in het najaar van 2024 met deze klus te beginnen, anders raak je een grote hap met geld kwijt’, zegt Léon Krom, namens Aha-Adviseurs als onafhankelijk kwaliteitscontroleur bij het project betrokken.

En het kán, deze schilderklus in de winter. Slot Zuylen is volledig wit ingepakt met wind- en waterdichte steigerdoeken, een vereiste. De steigers staan in de gracht, steunend op bouwhekblokken. Van Zoelen is de hoofdaannemer. Duinkerke, MMBS Groep en Stijlaart Schilders nemen respectievelijk het dak- en zinkwerk, steiger- en voegwerk en schilderwerk voor hun rekening. Monumentenwacht houdt – zoals gebruik bij zulke omvangrijke werkzaamheden aan historische gebouwen – een oogje in het zeil. Alles in opdracht van de directeur van het slot, Willem te Slaa.

Slot Zuylen in de steigers
De steigerconstructie rust op bouwhekblokken in het water.

Thuiswedstrijd

Voor de schilders van Stijlaart is het een thuiswedstrijd. ‘Als je over de Slotlaan die kant op loopt’, wijst René Stijlaart, ‘dan ben je op het industrieterrein waar wij zitten. Je zou het kunnen lopen.’ Drie à vier schilders van hem zijn dagelijks bij het slot aan het werk, op een totaal van zo’n tien bouwlieden. Onder hen dus Jan Gerards. ‘Ik ben de kale kantjes aan het doen’, vertelt de vakveteraan bij een raam. ‘We beginnen – na het uitvoeren van kleine reparaties – te schuren met korrel 80, dan bijvlekken en opschuren met maximaal korrel 180. Daarna dekkend gronden en aflakken.’ Houtrotherstel neemt Van Zoelen voor zijn rekening.

Hoewel geen van de genoemde bouwpartijen beschikt over het certificaat Erkende Restauratiekwaliteit Monumentenzorg, nemen zij deze ERM-richtlijnen bij Slot Zuylen wel in acht. Dat betekent onder meer: geen vrije kleurkeus. Krom: ‘Andere kleuren aanbrengen kan alleen als je onderzoek laat doen. Maar voordat daar wat uitkomt, ben je zo een jaar verder. Daarom houden we hier vast aan de monumentenrichtlijn.’

RAL9010?

Maar ook dat vergt in dit geval enig uitzoekwerk. Want, wonder-boven-wonder, de wittint die Stijlaart aantrof op het pand, blijkt RAL9010 te zijn. Of daar op zijn minst heel dicht tegenaan te schuren. ‘Maar de naam RAL9010 bestond honderd jaar geleden natuurlijk niet’, weet Stijlaart. Krom: ‘Die kleurcode, aan ons doorgegeven door de vorige schilder, komt uit de industriewereld en kom je helemaal niet tegen op monumenten. René op zijn beurt had een Herfst & Helder-waaier bij zich, waar we de rode en groene kleuren die op het slot gebruikt zijn, op terugvonden. Het is mooi om alles in één waaier te houden, daarom zoeken we er ook precies de juiste wittint bij. Dan heb je ook geen RAL9010 op je monument.’

Met Sigma-verf brengen de schilders de juiste kleuren aan. Krom: ‘We zijn blij dat Stijlaart veel ervaring heeft met monumenten, want daar komt een stukje expertise bij kijken. Zo moeten niet alleen de kleuren matchen, maar ook zaken als de glans en de verfsoort.’ Stijlaart, zelf al twintig jaar niet meer aan de kwast: ‘Het is altijd bijzonder om aan zoiets te werken. Aan de andere kant: je moet het ook niet te groot maken. Het pand is markant, maar het schilderwerk traditioneel; met een paar extra facetten waar je op let.’

Na schuren, schoonmaken en vrijmaken van korstmossen, zijn de kwasten voor de dag getoverd. Medio maart moet het werk klaar zijn, al kan daar vertraging in zitten, mocht het bij hoge uitzondering weer eens hard gaan vriezen in Nederland. Bovendien is er meer houtrot aangetroffen dan van tevoren gedacht. ‘Daar moeten we in opschalen’, zegt Falco Sprang van Van Zoelen. ‘Zodanig dat we de schilders voorblijven.’

Fit en scherp

Werkvoorbereider Sprang geniet van Stijlaarts vakman die bijna 80(!) is. ‘Mooi dat hij hier elke dag nog werk verzet. Ik had niet verwacht dat hij al 78 is.’ Stijlaart begint te glimlachen. ‘Jan is fit en scherp. Hij zou eigenlijk niet meer zoveel voor ons doen, maar toen hij hoorde dat wij Slot Zuylen gingen schilderen, was hij helemaal enthousiast. Hij is fysiek nog goed. Toen hij 65 was, is hij een jaar gestopt, maar thuis werd hij gek. Zo is hij weer één of twee dagen in de week gaan werken, wat langzaam opliep naar vijf.’ Totdat er kleinkinderen kwamen. ‘Toen werden het drie dagen, maar inmiddels zijn het er weer vijf, haha. Dit moet wel een van zijn laatste projecten zijn hoor. Als je bijna 80 bent, moet je toch eens gaan genieten van je leven. Al ís dit voor hem genieten.’

Gerards: ‘Het zit me in het bloed. Mijn pa was schilder en mijn twee broers zijn het ook. Als jochie heb ik geleerd voor timmerman, maar schilderen is het mooiste. Kijk nou naar dit project. Je ziet het opknappen.’ Zijn huwelijk lijdt niet onder zijn schilderdrift. ‘Mijn vrouw vindt het prima dat ik zo veel werk, we zijn al 52 jaar getrouwd en hebben nooit ruzie.’ Gekscherend: ‘Ik ben ook bijna nooit thuis.’

Ondertussen hoopt Stijlaart dat zijn jongere schilders zich spiegelen aan de onmiskenbare kwaliteiten van de nestor. ‘Het is een uitdaging om jonge mensen op het niveau van de oudere schilders te krijgen. We doen het met de mix aan vakkrachten die we hebben, een mannetje of dertig in totaal, maar soms wou ik dat ik Jan kon klonen.’

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.


AkzoNobel laat blinden en slechtzienden kleur beleven

Baron 1898 neemt duikvlucht naar onderhoudsbeurt

Eenkhoorn nieuwe voorman monumentenorganisatie

Leerlingen kleuren Surinaams erfgoed weer wit

Rotterdams Restauratiefonds stimuleert upgraden monumenten


Naar archief >