Wij zijn als schildersbedrijf bij een complex woningen betrokken waarbij de ramen en deuren hersteld moeten worden. Niet alleen schilderen, maar ook klein reparatiewerk en herstel van hang- en sluitwerk. Ook de omtrekspeling van de ramen en deuren moet door ons worden gecorrigeerd. Wat zijn hiervoor de regels?
Antwoord:
In het algemeen geldt: aan de scharnierzijde tenminste 2 mm, aan de sluitzijde van een raam tenminste 2,5 à 3 mm, aan de sluitzijde van een deur tenminste 3 à 4 mm, aan de onderzijde van een naar buiten draaiend deel tenminste 5 mm, aan de onderzijde van een naar binnen draaiend deel tenminste 3 mm, aan de bovenzijde van een draaiend deel tenminste 2 mm en aan de zijkanten van een klep- of valraam tenminste 2 mm.
Soms worden deze richtlijnen niet gehanteerd. Het draaiend deel wordt dan zodanig passend gemaakt dat deze niet aanloopt. Dit is beslist onvoldoende omdat, wanneer de omtrekspeling minimaal is, de naad als capillair gaat werken.
De vochtbelasting is door het vasthouden van hemelwater te zwaar, het verfsysteem wordt aangetast en het hout wordt te nat. Het deel zet te sterk uit en de kans op klemmen en mechanische schade is groot.
Ook bij onderhoudswerkzaamheden is het van belang te letten op een voldoende omtrekspeling. Ramen en deuren kunnen immers bijvoorbeeld op den duur enigszins gaan doorhangen.
Armschaven
Het is handig de hang- en sluitzijde naar binnen iets schuin arm te schaven. Als de deur of het raam aan de hangzijde tegen het kozijn staat, moet er aan de sluitzijde 2 à 3 mm ruimte overblijven.
buitendeur moet daarbij aan minimaal 4 deugdelijke scharnieren worden afgehangen: twee bovenaan, één in het midden en één onderaan. Een raam moet meestal minimaal aan drie deugdelijke scharnieren worden afgehangen.
De omtrekspeling is meetbaar met behulp van een zogenaamde voelermaat. Dit is een wigvormig blok welke tussen het draaiend deel en het kozijn wordt gestoken. Aan de hand van een maatverdeling kan de omtrekspeling afgelezen worden. In de praktijk wordt dit door vaklieden niet gebruikt. Maar bij controles is het soms handig om zodoende aan te kunnen tonen dat de ruimte tussen draaiend deel en kozijn te gering is.
Scharnieren
Is de omtrekspeling te klein, dan is de kans groot dat het hout in vochtige periodes op den duur zoveel uitzet dat de omtrekspeling nog geringer wordt. Hierdoor kunnen de draaiende delen op den duur tegen de sponning/dagkant komen en voor mechanische schade zorgen in de sponning van het kozijn en aan de zijkanten van het draaideel.
Een te geringe omtrekspeling kan na lange tijd ook ontstaan door het uithangen van ramen of deuren. Dit kan bijvoorbeeld ontstaan doordat er te grote afmetingen ramen en/of deuren zijn toegepast versus de gebruikte scharnieren.
Meer en zwaardere scharnieren gebruiken kan het probleem verhelpen. Ook kan een kozijn verzakken door ongelijkmatige zetting van de gevel. Tot slot hierbij nog – in tabelvorm – de geadviseerde minimale omtrekspeling voor ramen en deuren:
scharnierzijde raam of deur | 2 mm |
sluitzijde raam | 2,5 à 3 mm |
sluitzijde deur | 3 à 4 mm |
onderzijde raam of deur – naar buiten draaiend | 5 mm |
onderzijde raam of deur – naar binnen draaiend | 3 mm |
bovenzijde raam of deur | 2 mm |
zijkanten klep- of valraam | 2 mm |