Schilderwerk kan veel betekenen voor een gebouw, maar de trend van ontkerkelijking keren? Daar slaagt zelfs de beste meesterschilder niet in. Wat niet hoeft te betekenen dat kerken aan hun lot overgelaten moeten worden. Integendeel, vinden ze in Leek, een dorp op de grens van Groningen en Drenthe en ook niet ver van Friesland. De twee rentmeesters van de Nienoordkapel ontfermen zich met de grootste zorg over dit zeventiende-eeuwse rijksmonument.
Het witte kerkje op De Dam – verwijzend naar het adres in het centrum van het dorp – staat in de steigers. De vakmannen en -vrouw van Overwijk uit het naburige Zevenhuizen geven het pittoreske gebouw weer kleur op de wangen. Om precies te zijn: de muren crèmewit en het houtwerk donkergroen.

Op 1 januari 2024 is de laatste reguliere eredienst in dit van origine hervormde godshuis gehouden. De bezoekersstroom bleef slinken en ook predikanten dienden zich steeds minder aan. Net als mensen die in staat zijn het Van Oeckelenorgel uit 1915 te bespelen. Daarom krijgt de kapel, zoals zoveel kerken, een bestemming als rouw- en trouwlocatie en zal het PKN-pand geopend zijn voor dank- en biddagen. ‘Exposities, daar zou je ook aan kunnen denken’, zegt Eddy Delies, een van de rentmeesters. Zijn compagnon Gerrit van der Zee: ‘De kachel moet gestookt worden, omdat wij – en met ons de gemeente – dit monument voor Leek willen behouden.’
Meerjarenonderhoudsplan
Een zogeheten meerjarenonderhoudsplan ligt ten grondslag aan de huidige werkzaamheden. Omdat de beheerders graag zakendoen met bedrijven uit de regio, is Overwijk de vertrouwde partij voor het schilderwerk. ‘Wat we aantroffen?’, herhaalt Overwijk-directeur Klaas Spoelstra de vraag. Hij gaat er eens goed voor zitten. ‘Lekkages, vochtproblemen, houtrot, muurverf die losliet en verpoederde.’ Genoeg te doen voor zijn team medewerkers, in de personen van Jacob Snijder, Harry de Vries en leerling Vera Gritter. Zij behandelen de binnen- en buitenkant van het gebouw.


Overwijk baseert zich op een verftechnisch advies van verfgroothandel Olijslager, ook al zo’n vaste regiopartner. Van der Zee: ‘Op zolder vonden we een oude verfbus, met verf erin die nog nat was. Dat hebben we meegenomen naar Olijslager, zij hebben daar een monstertje van genomen, waarop Keim die kleur foutloos heeft nagemaakt.’ Het merk – dat het zelfs tot werkwoord heeft geschopt – is genoemd: Keim(en). Van belang was namelijk een zogeheten ademende verf, om vochtproblemen in de toekomst zoveel mogelijk te voorkomen. Voor de houten delen is Sigma gekozen.
Sierschildering
‘We zijn erg tevreden’, wijst Van der Zee op de net gesausde witte wanden. Zo wit, dat het bijna pijn doet aan de ogen. Om hem heen kerkbanken, een kansel met kloeke en eeuwenoude Statenbijbel én een sierschildering met wapen. Het is het alliantiewapen Van Ewsum-Von Inn- und Knyphausen, verwijzend naar de eerste twee families die op het landgoed en de borg Nienoord de scepter zwaaiden. Dat zij de baas waren in de wijde omtrek, benadrukten ze met dit stukje heraldiek. Dat lieten ze aanbrengen bij de bouw van de Nienoordkapel in 1660. De kapel was volgens rentmeester Delies een geschenk van Van Ewsum aan Leek, dat daardoor voor de kerkgang niet meer naar Midwolde hoefde te kuieren.

De decoratie is in 1798 mogelijk grof overschilderd, toen radicale democraten de macht grepen en de verwijdering van alle herenwapens op publieke plaatsen verordonneerden. In 2000 kwam het werk weer tevoorschijn. De datum 8 december in dat jaar staat bij veel inwoners van Leek in het geheugen gegrift. Bij restauratiewerkzaamheden brak brand uit waardoor het dak en de houten zolder van de Nienoordkapel volledig in vlammen opgingen. Een inzamelingsactie – adopteer een dakpan – leverde 9.000 gulden op voor het herstel. Een welkome bijdrage aan de in totaal benodigde 70.000 gulden. Want in de brand was in dit geval niet automatisch uit de brand. Verschillende onderdelen werden door de verzekering niet vergoed en het kerkbestuur was na de grootscheepse restauratie door haar buffers heen.
Eervolle opdracht
Het casco stond nog overeind, maar had wel flinke roet- en waterschade opgelopen. Een schoonmaakactie bracht het wapenschild aan het licht in het oudste gebouw van het dorp. Naar dat stukje fijnschilderwerk hebben de vakmensen van Overwijk geen omkijken, zij hoeven alleen maar te zorgen dat de basis van het gebouw er weer een jaar of acht tegen kan. Een eervolle opdracht. Spoelstra: ‘De schilders vinden het een prachtig project en dankbaar om uit te voeren, want ze krijgen veel reacties. Iedereen ziet dat het weer mooi wordt.’