Momenteel heeft de Belastingdienst zeven opdrachtgevers in beeld die mogelijk misbruik maken van de Wet DBA en in dat geval zullen worden gezien als ‘kwaadwillend’. Dit heeft de demissionair staatssecretaris van Financiën, Eric Wiebes, aangegeven in een brief aan de Kamer. Dat is vooral geruststellend voor niet-kwaadwillende werkgevers.
Staatssecretaris Wiebes geeft verder geen informatie weg over de opdrachtgevers die de Belastingdienst op het oog heeft. Hij benadrukt vooral dat de handhaving bij kwaadwillenden ‘uiteraard zorgvuldig’ moet gebeuren.
Alleen evident
Zeven zijn er niet veel. Dat past ook in het beeld dat er niet wordt gecontroleerd tenzij er sprake is van evidente kwaadwillendheid! In de brief wordt kwaadwillend als volgt omschreven:
‘Kwaadwillend is de opdrachtgever of opdrachtnemer die opzettelijk een situatie van evidente schijnzelfstandigheid laat ontstaan of voortbestaan, omdat hij weet – of had kunnen weten – dat er feitelijk sprake is van een dienstbetrekking (en daarmee een oneigenlijk financieel voordeel behaalt en/of het speelveld op een oneerlijke manier aantast).
Context
Uitsluitend ernstige gevallen worden onderzocht. Het gaat om gevallen waar wordt gewerkt in een ‘context van opzet, fraude of zwendel’. Daarbij moet gedacht moet worden aan: ‘listigheid, valsheid of samenspanning en situaties die leiden tot ernstige concurrentievervalsing, economische of maatschappelijke ontwrichting of waarin het risico aanwezig is van uitbuiting’. Deze kwaadwillenden kunnen naheffinsaanslagen, boetes en correctieverplichtingen voor de loonheffingen worden opgelegd.
Onzekerheid
Het lijkt Wiebes er dus om te gaan om alleen echte ‘boeven’te vangen. Toch blijft er een grote mate van onzekerheid bestaan over de Wet DBA en snakt de nog steeds wijzigende arbeidspraktijk naar een oplossing.