Ga naar hoofdinhoud

Vastgoedonderhoudsbedrijven nemen deel aan houtrecyclingproject


Hoe kun je hout, dat vrijkomt bij woningrenovaties, opnieuw gebruiken? In opdracht van twee Amsterdamse woningcorporaties probeert een team onderzoekers, onder leiding van de Hogeschool van Amsterdam, een antwoord op deze vraag te geven. In een pilotproject worden robots ingezet om circulair hergebruik van hout makkelijker en efficiënter te maken. Twee vastgoedonderhoudsbedrijven, Lenferink en Rutges Vernieuwt, leveren als co-makers van Ymere en Rochdale in deze pilot hout uit een van de drie woningrenovatieprojecten aan.

Alle aangeleverde hout uit de woningrenovatieprojecten gaat naar de Robot Studio van de Hogeschool van Amsterdam, waar industriële robots het scannen of het inderdaad bruikbaar is en vervolgens de verf verwijderen en spijkers en andere metalen delen uit het hout halen

Hout, metaal, kunststof, steen: er komen doorgaans veel materialen vrij bij renovatieprojecten. Veel van deze materialen bieden mogelijkheden voor hergebruik. Een recente materiaalstroomanalyse van de Amsterdamse woningcorporaties Ymere en Rochdale, uitgevoerd door de Hogeschool van Amsterdam (HvA) en Metabolic (expert op gebied van circulair bouwen en materiaalgebruik), laat zien dat er bij hun renovatieprojecten vooral veel hout vrijkomt. Een materiaal dat nog te vaak in de afvalverbrandingsinstallatie belandt, terwijl het een hoog hergebruikpotentie heeft.

Volgens HvA-projectmanager Tony Schoen liegen de cijfers van de materiaalstroomanalyse er niet om. “Er kan in totaal 281 kubieke kwalitatief goed hout uit een selectie van twaalf Amsterdamse renovatieprojecten van Ymere en Rochdale worden gehaald. Dat staat gelijk aan het hout waar een bos ter grootte van het Amsterdamse Oosterpark dertig jaar voor nodig heeft om het te produceren.” Meer dan 60 procent van dit hout wordt normaliter verbrand, wat zorgt voor 110.270 kilogram CO₂-uitstoot; evenveel als de jaarlijkse energie- en warmtegerelateerde uitstoot van 29 huishoudens.

De materiaalstroomanalyse toont aan dat er bij de renovatieprojecten met name veel hout vrijkomt van raamkozijnen en deuren dat mogelijkheden biedt voor circulaire toepassingen

Pilot
De materiaalstroomanalyse toont aan dat in renovatieprojecten met name hout van raamkozijnen en deuren veel mogelijkheden biedt voor circulaire toepassingen. Dat was reden voor de twee Amsterdamse corporaties om in februari 2020 het zogenoemde Circular Wood for the Neighbourhood (CW4N)-pilotproject te starten, als eerste stap om meer te doen met hout dat vrijkomt uit hun woningrenovaties.

“De pilot duurt een jaar en hiervoor zijn drie woningrenovatieprojecten geselecteerd”, vertelt Schoen. Lenferink Vastgoedonderhoud, dat samen met Rutges Vernieuwt alle gevelonderhoud voor Ymere uitvoert, heeft het eerste project in de pilot inmiddels afgerond. Dit betrof kozijnvervanging in zeventig huurwoningen in de Tweede Jacob van Campenstraat te Amsterdam.

“Bij oude kozijnen zijn doorgaans vooral de onderdorpel en de onderkant van de stijlen na verloop van jaren aangetast. Het overige hout is meestal nog goed bruikbaar”, stelt planvoorbereider Robbert Fokker van Lenferink. “Er kwam dan ook veel hout uit het project voort dat geschikt was voor een tweede leven. Ik schat dat het om zo’n vier á vijf kuub ging dat we apart hebben gelegd en vervolgens naar de HvA is vervoerd.”

Het vroeg wel een iets andere werkwijze van de Lenferink-medewerkers op de werkvloer. “Ze moesten de zaagsnedes in de oude kozijnen nu dichter in de hoeken maken, zodat de houten delen zo lang mogelijk bleven voor de HvA”, zegt Fokker.

De vastgoedonderhoudsbedrijven Lenferink en Rutges Vernieuwt leveren als co-makers van de corporaties Ymere en Rochdale hout uit een van de drie woningrenovatieprojecten in de pilot aan

Robot Studio
Behalve kozijnen denkt Schoen dat bijvoorbeeld ook vloerbalken en deuren prima kunnen worden hergebruikt. “Binnen onze pilot staat er ook nog een renovatieproject op stapel waarbij de houten buitenbetimmering van huurwoningen zal worden verwijderd. Ook dat materiaal kan wellicht een tweede leven krijgen.”

Alle aangeleverde hout gaat naar de Robot Studio van de HvA waar industriële robots het scannen of het inderdaad bruikbaar is en vervolgens de verf verwijderen en spijkers en andere metalen delen uit het hout verwijderen. “Dat is veel goedkoper dan handmatige verwerking. In de toekomst, in een eventueel vervolgproject, hopen we dat scanproces zelfs ter plekke op de bouwplaats te kunnen doen, zodat je meteen kunt filteren wat wel of niet geschikt hout is voor hergebruik”, vertelt Schoen.

De CW4N-projectmanager legt uit dat het pilotproject zich vooral richt op het ontwerpen en maken van nieuwe toepassingen van gebruikt hout. Hierbij worden HvA-studenten van verschillende opleidingen betrokken, zoals de Minor Robotic Production and Circular Materials. Ook werken stagiaires en afstudeerders aan het project. Dat kunnen studenten Mechatronica of Engineering zijn, maar ook Bouwkunde.”

“De naam van het pilotproject zegt het al: Om kansen voor circulair hergebruik te laten zien, worden van het hout uit de woningrenovaties toepassingen gemaakt die relevant kunnen zijn voor de huurders. “Denk aan speelattributen, bijzettafels en andere kleine meubels. Zo blijft het circulaire hout in de omgeving waar het vandaan komt”, zegt Schoen.

Houtindustrie
Op de lange termijn wil de HvA de gehele keten van houtinzameling tot verwerken in nieuwe toepassingen onderzoeken en ‘in de vingers krijgen’. “In het huidige pilotproject kijken we vooral naar de potentie van twee woningcorporaties en zien we nu al de voordelen van een intensievere samenwerking voor circulaire toepassingen. Door bijvoorbeeld de planning en logistiek van gebouwrenovaties per gebied te gaan coördineren, kunnen houten materialen worden vrijgemaakt voor hergebruik waarvan verschillende bedrijven in dat gebied profiteren”, zegt Marta Malé-Alemany. Zij is hoofd van de Robot Studio.

Projectmanager Tony Schoen: “Heel veel corporaties focussen momenteel op de energietransitie, maar materialentransitie is ook een belangrijk issue waar ze mee aan de slag moeten

“Ook gaan we de technische stappen verder onderzoeken in samenwerking met de houtverwerkende industrie. Hiermee willen we ervoor zorgen dat onze ideeën van houtverwerking tot circulaire ontwerptoepassingen geïmplementeerd kunnen worden door de bedrijven en er straks bijvoorbeeld van oude kozijnen nieuwe worden gemaakt”, aldus Malé-Alemany.

Volgens Schoen hebben diverse timmerfabrieken al interesse getoond. “De houtprijzen zijn de afgelopen tijd enorm gestegen. Hergebruik van hout kan voor deze bedrijven een prima en veel goedkoper alternatief zijn.”

Meer vraag
Robbert Fokker van Lenferink legt uit wat de meerwaarde is voor Lenferink om deel te nemen aan het CWN4-project. “Circulariteit is een steeds belangrijker issue in de markt. Meer en meer opdrachtgevers van ons vragen hiernaar. Dan is het mooi dat we kunnen participeren in deze pilot en dicht bij het vuur zitten. We kijken nu steeds meer met andere ogen naar gebouwen, waarbij we nadenken over de mogelijkheden van hergebruik van materialen. Als Lenferink werken we sinds kort ook samen met een bedrijf dat circulaire keukens maakt en in onze eigen timmerfabriek in Zwolle wordt houtrecycling steeds belangrijker.”

Bij oude kozijnen zijn doorgaans vooral de onderdorpel en de onderkant van de stijlen na verloop van jaren aangetast. Het overige hout is meestal nog goed bruikbaar

Wel ziet Fokker nog een horde die bij de eventuele productie van kozijnen van gebruikt hout moet worden genomen. “In de markt worden tegenwoordig vooral kozijnen van FSC-gecertificeerd hout gevraagd. Kozijnen gemaakt van gebruikt hout voldoen niet aan dit criterium en daar zal dus nog een oplossing voor moeten worden gevonden.”

Mark Valies, adviseur Techniek en Ontwikkeling bij Rutges Vernieuwt, haakt hierop in met de opmerking dat er tegenwoordig een FSC-recycled keurmerk is, waarbij gebruikt hout kan worden voorzien van zo’n certificering. “Daarmee kan de horde die Fokker noemt, dus worden genomen. Onder andere de firma Beelen in Utrecht heeft inmiddels zo’n keurmerk en levert constructiehout dat aan FSC voldoet.”

Circulaire economie
Alle bevindingen van het pilotproject Circular Wood for the Neighbourhood zijn volgend jaar terug te lezen in een publicatie gericht op woningcorporaties of bedrijven in de bouw en houtindustrie die met hergebruik van hout aan de slag willen gaan. “Het is mooi om met corporaties samen te werken en ze te helpen in een tijd waarin die ook veel andere dingen aan hun hoofd hebben”, zegt projectmanager Tony Schoen.
“Ze moeten bijvoorbeeld het woningtekort aanpakken en huizen klimaatneutraal krijgen. Het zou mooi zijn als dit project aan deze opgaven een bijdrage kan leveren. Veel corporaties focussen momenteel op de energietransitie, maar materialentransitie is ook een belangrijk issue waar ze mee aan de slag moeten.”

CWN4-participanten
De HvA voert het project Circular Wood for the Neighbourhood (CWN4) uit met de woningcorporaties Ymere, Rochdale en hun co-makers Lenferink en Rutges Vernieuwt. Verder participeren de TU Delft, TNO, Metabolic, kennis- en netwerkorganisatie Platform31, sloopbedrijf GP Groot en bouwbedrijf Ter Steege. Het project wordt mede gesponsord door het Regieorgaan SIA (programma RAAK-Publiek dat onderzoeksprojecten van hogescholen in samenwerking met de publieke sector financiert). Metabolic is een adviesbureau dat in Nederland veel tijd steekt in het in kaart brengen van materiaalstromen en het onderzoeken van hergebruikpotentie van materialen.

Het pilotproject richt zich vooral op het ontwerpen en maken van nieuwe toepassingen van gebruikt hout. Hierbij worden HvA-studenten van verschillende opleidingen betrokken
Alle Foto’s: HvA

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.


Havisten stromen vaker door naar het mbo

Gigantische kinderboekenkast op Haagse muur

Campagne tegen kwast spoelen onder de kraan

West knapt zuidelijk seinwezen op

Lage-inkomensvoordeel voor werkgevers vervalt


Naar archief >